Utrecht

Directeur internationaal Commissie mer

19.04.2024
  • WO
  • HBO
  • 10-15 jaar
  • > 15 jaar
Holtrop Ravesloot

Functieomschrijving

Profiel Directeur internationaal Commissie mer

De organisatie
De Commissie voor de milieueffectrapportage (mer) adviseert over de inhoud van milieueffectrapporten in binnen- en buitenland. Zij is betrokken bij grootschalige, complexe en vaak controversiële projecten en plannen waarbij cruciale besluitvorming moet plaatsvinden over de leefomgeving, met impact op de economie.

Aantasting van het milieu voorkomen is van groot maatschappelijk belang. Milieueffect­rapportage heeft als hoofddoel het milieu- en sociaal belang volwaardig en vroegtijdig mee te wegen bij de voorbereiding en vaststelling van plannen en besluiten. Het betreft hier omvangrijke plannen en besluiten van overheden in binnen- en buitenland over initiatieven en activiteiten van zowel publieke als private partijen die (uiteindelijk) belangrijke nadelige milieu- en sociale gevolgen kunnen hebben. Een milieueffectrapport brengt de milieugevolgen in beeld voordat de overheid daar een besluit over neemt.

Internationaal
De Commissie ondersteunt - gesubsidieerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken - wereldwijd lage inkomenslanden. Behalve onafhankelijke advisering, bestaat de ondersteuning uit capaciteitsontwikkeling van stakeholders in het mer-systeem, kennis- en leertrajecten en ontwikkelen van het mer-systeem in het betreffende land, zoals regelgeving en guidance. Bij de ondersteuning werkt zij nauw samen met buitenlandse milieu- en sectorale overheden, professionals en niet-gouvernementele organisaties.

Zij adviseert op zowel projectniveau als strategisch niveau.

Nederland
In Nederland gaat het om projecten voor infrastructuur (luchthavens, wegen, spoor), energievoorziening (waaronder windparken), dijkverzwaringen, natuurherstel, landbouw en veehouderij en grote industriële activiteiten. Daarnaast is de Commissie in Nederland betrokken bij strategische milieubeoordelingsvraagstukken van ruimtelijke plannen op nationaal niveau (zoals Nationaal Programma Landelijk Gebied en Energiehoofdstructuur) en op provinciaal en gemeentelijk niveau (structuur- en omgevingsvisies, bestemmings- en omgevingsplannen). Mer is een belangrijk informatiemiddel in participatietrajecten.

Ook de uitvoering van de Ecologische Autoriteit is neergelegd bij de stichting Commissie mer en is voor 8 jaar ingesteld door de minister van Natuur en Stikstof. De Ecologische Autoriteit beoordeelt of de juiste ecologische informatie beschikbaar is voor de onderbouwing van besluiten over beschermde natuur.

Commissie mer heeft een sterke, onafhankelijke, wettelijke status en een gezaghebbende positie die zij succesvol weet in te zetten over de gehele wereld. Het is een onafhankelijke stichting, hanteert een transparante werkwijze en publiceert haar adviezen online. Zij adviseert en toetst wat beschreven moet worden in milieu- en sociale effectrapporten. De initiatiefnemer van een project of plan is verantwoordelijk voor het (laten) opstellen van het rapport, de overheid beslist of het project uiteindelijk doorgaat en/of het plan wordt vastgesteld.

Jaarlijks brengt de Commissie circa 30 internationale en circa 140 nationale adviezen uit. Daar komen circa 65 adviezen van de Ecologische Autoriteit bij. Daarnaast zijn er in 20 landen meerjarige capaciteits­ontwikkelings­programma’s.

De mer organisatie telt ongeveer 50 medewerkers, kent een bestand van 350 deskundigen en is gehuisvest in het centrum van Utrecht.

Mer is een prachtig instrument en aan de voorkant betrokken bij grootse ontwikkelingen. De Commissie kenmerkt zich door sterk inhoudelijk gedreven professionals met passie en bevlogenheid.

Ontwikkelingen mer internationaal
De Commissie mer werkt sinds 1993 strategisch samen met het ministerie van Buitenlandse Zaken om internationaal de kwaliteit van milieueffectrapportage te verbeteren. De internationale tak van de Commissie mer heeft in ruim 30 jaar een gezaghebbende en betrouwbare reputatie opgebouwd. Zij heeft als missie om (ontwikkelings-)landen te ondersteunen bij optimale beleids- en besluitvorming, waarbij de belangen van mens en milieu maximaal zijn geïntegreerd. Zij adviseert op deskundige, onafhankelijke en transparante wijze aan overheden over milieueffectrapportage.

Mer internationaal is de afgelopen jaren flink uitgebreid en uitgegroeid naar een team van 20 medewerkers, waaronder (technische) secretarissen, communicatiemedewerkers, een team leren & evalueren en projectassistenten. De verwachting is dat deze groei verder doorzet. Oorspronkelijk lag het accent op onafhankelijke advisering over inhoud en kwaliteit van milieueffectrapporten. Tegenwoordig is dat verbreed naar zowel advisering, coaching, capaciteitsontwikkeling in de breedste zin van het woord en het organiseren en faciliteren van kennis- en leertrajecten.

Met het toegenomen belang van de internationale afspraken over klimaat, biodiversiteit en tegengaan van vervuiling neemt ook het belang van milieueffectrapportage toe. Echter, in veel ontwikkelingslanden zijn milieueffectrapportages nog van onvoldoende kwaliteit of niet vastgelegd in wet- en regelgeving. Ook ontbreekt vaak de capaciteit om deze goed uit te voeren en/of is er gebrek aan kennis of wil om wettelijk vastgelegde milieueffect­rapportages te gebruiken. Milieueffectrapportages kennen gemiddeld genomen een lange looptijd en institutionele proces- en systeemverbeteringen vragen tijd en vertrouwen.

De organisatie werkt vraaggericht. Dat betekent in de praktijk dat de organisatie expliciet door overheden om advies wordt gevraagd. Er is bij landen waar de internationale tak van de Commissie mer werkt een grote behoefte aan praktische benaderingen en handvatten om internationale afspraken en landelijke ambities ten aanzien van inclusieve, duurzame sociaaleconomische ontwikkeling te ondersteunen. Er is een groeiend momentum voor haar werk.

Aansluitend op de enorme verduurzamingsopgave waar ontwikkelingslanden het komende decennium voor staan heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken besloten de samenwerking te intensiveren en de subsidie voor een periode van 10 jaar met een budget van € 40 miljoen toe te kennen (looptijd 2023-2032).

De belangrijkste partners waarmee wordt samengewerkt zijn de lokale en regionale autoriteiten in ontwikkelingslanden alsmede de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland/Invest-International, en de directies van het ministerie in Den Haag en de Ambassades in de landen. Ook Civil Society Organisations en Non Governmental Organisations) zijn gebaat bij een sterk milieueffectrapportagesysteem en daarom vaak onderdeel van de activiteiten.

De Commissie mer werkt verder samen met bijvoorbeeld de Wereldbank, United Nations Environment Program (UNEP), Economic Community of West African States (Ecowas), Unesco, Commission des Forêts d'Afrique Centrale (COMIFAC), andere donoren (o.a. Zweden, Noorwegen), het Intergovernmental Forum on Mining and Minerals, en World Wide Fund voor Nature (WWF) en zoekt actief samenwerking op met door het ministerie gefinancierde activiteiten zoals het Power of Voices Strategisch Partnerschap, Blue Deal en LAND-at-scale. Zo heeft de Commissie mer een strategisch grote reikwijdte binnen het portfolio van de Directie Inclusieve Groene Groei (IGG) van het ministerie. IGG is de portfoliohouder van de Commissie mer subsidie.

In lijn met de Nota Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van het ministerie zijn er drie prioritaire regio’s geselecteerd voor de activiteiten van de Commissie mer: West-Afrika, Hoorn en Oost-Afrika, en Midden-Oosten/Noord Afrika. Het streven is dat de Commissie mer 80% van de middelen inzet in deze drie regio’s. Daarnaast kunnen verzoeken daarbuiten worden gehonoreerd.

Bestuurlijke capaciteit in Afrika blijft een knelpunt door o.a. cliëntelisme (corruptie) en de grote vraag naar goed opgeleide staf. Dit laatste vanwege de hoge rotatie van gekwalificeerd personeel. Door overheden en maatschappelijke organisaties goed te trainen en hen bewust te maken van zowel het belang van milieueffectrapportage-wetgeving als het afleggen van verantwoording over uitgevoerde milieueffectrapportages kan bestuurlijke besluitvorming duurzaam verbeteren. Daardoor worden overheden gemotiveerd om gekwalificeerde staf te behouden of aan te trekken. Ook draagt transparantie over besluitvorming bij aan het verminderen van corruptie.

De ervaring, reputatie en langjarige financiering bieden de ideale uitgangspositie om het werk van de organisatie verder te ontwikkelen, de latente vraag door versterkte communicatie en outreach te stimuleren, en de positie van de organisatie te versterken.

De komende jaren ligt de nadruk op de volgende (nieuwe) accenten:

Impact vergroten
De internationale tak van de Commissie mer wil de impact van haar werk vergroten, door meer waarde en voordeel te halen uit het bestaande werk en, daarmee samenhangend, een geleidelijke groei en additionele middelen realiseren. Dat betekent:

  • consistent doorontwikkelen van de bestaande geïntegreerde landenprogramma’s;
  • uitbreiden van de scope van de bestaande werkzaamheden ten behoeve van een betere follow-up van de adviezen in de besluitvorming in ontwikkelingslanden en daarmee betere randvoorwaarden voor duurzame en inclusieve ontwikkeling;
  • toevoegen van nieuwe landen en regio’s als werkgebied, zoals Midden- en Oost-Europa en Zuid- en Midden-Amerika;
  • versterken van regionale netwerken van ontwikkelingslanden en een betere aansluiting tussen regio- en landenactiviteiten;
  • optimaliseren en uitbreiden van partnerschappen en onderzoeken en vormen van nieuwe coalities;
  • screening op en verankering van milieueffectrapportages in programma’s van het ministerie (directoraat generaal Internationale Samenwerking);
  • financiële diversificatie door middel van additionele financiering door derde partijen.

Communicatiekracht vergroten
De internationale tak van de Commissie mer is er tot op heden min of meer van uitgegaan dat haar gedegen werk vanzelf de vraag oproept. Voor de toekomst is een versterkte communicatiefunctie nodig om haar bekendheid te vergroten en de latente vraag te activeren. Dat betekent:

  • communicatie naar het hart van beleid;
  • vergroten communicatiegevoeligheid/-deskundigheid en skills;
  • verbeteren track record en relatiemanagement;
  • vergroten van de zichtbaarheid en acquisitie-inspanningen, gestoeld op uitgebreide praktijkervaring;
  • actiever inzetten op invloed in sleuteldiscussies over het belang en de rol van milieu- en sociale milieueffectrapportages;
  • beter aansluiten bij doelgroepen, met een duidelijker narratief en actief gebruik van sociale media.

Organisatie en medewerkers versterken
De organisatie heeft een sterk team van hoogwaardige professionals, die zich overal in de wereld moeten kunnen bewegen en die zowel technisch sterk onderlegd moeten zijn als diplomatiek vaardig. In het licht van de ambities in de komende jaren betekent dit voor het team:

  • internationalisering van de kernstaf van technische secretarissen met als doel te komen tot een 50% Nederlandse - 50% Internationale staf (naast Engels als 2e taal Frans, Spaans, Portugees of Arabisch);
  • versterken en ontwikkelen van de kennis en competenties van de medewerkers;
  • vergroten van de synergie en uitwisseling met de medewerkers van de Nederlandse tak van de Commissie voor de milieueffectrapportage.

Voor verdere informatie: zie de internationale website: www.eia.nl

Informatie over de Nederlandse programma’s van de Commissie mer staat op www.commissiemer.nl

Governance
De Commissie wordt geleid door de Directeur/algemeen secretaris (dhr. drs. B.L. (Lourens) Loeven) en de Directeur internationaal (dhr. drs. R.A.A. (Rob) Verheem). Per 1 september 2024 zal Rob Verheem een andere rol binnen mer Nederland voor zijn rekening nemen. Als gevolg hiervan ontstaat de vacature van Directeur internationaal.

Directeur/algemeen secretaris en Directeur internationaal vormen de directie van Stichting Bureau Commissie mer en geven gezamenlijk leiding aan de werkorganisatie: financiën, HR, ICT/ facilitair en inkoop. Directeur internationaal rapporteert aan de Directeur/ algemeen secretaris en treedt op als zijn plaatsvervanger.

De Directeur internationaal en de Voorzitter internationaal (lid bestuur) spelen samen een belangrijke rol in het positioneren van de Commissie mer in het Nederlandse buitenlandbeleid. Bijvoorbeeld bij het directoraat generaal Internationale Samenwerking, de posten en de lokale partners waarmee wordt samengewerkt. Beiden treden op als ambassadeur en boegbeeld van de Commissie mer internationaal. De Directeur internationaal onderhoudt contacten op alle politieke en ambtelijke (top)niveaus.

De Commissie, inclusief secretariaat, is ondergebracht in de Stichting Bureau Commissie voor de mer. Het secretariaat opereert onder eindverantwoordelijkheid van het bestuur, bestaande uit een bestuursvoorzitter en bestuursleden (tevens plaatsvervangend voorzitters):

  • dhr. em. prof. dr. ir. J.T. (Hans) Mommaas (bestuursvoorzitter);
  • dhr. ir. H.A.A.M. (Harry) Webers (secretaris/penningmeester);
  • mw. S. (Simone) Filippini MA (bestuurslid, tevens Voorzitter internationaal);
  • dhr. ir. C.T. (Kees) Slingerland (bestuurslid);
  • dhr. drs. B.L. (Lourens) Loeven (gevolmachtigde).

De overige plaatsvervangend voorzitters zijn:

  • mw. ir. A.M. (Annemie) Burger;
  • dhr. prof. dr. J.J. (Jan Jacob) van Dijk;
  • dhr. mr. drs. P.C.G. (Peter) Glas;
  • mw. drs. J.G.M. (Marieke) van Rhijn;
  • mw. drs. M.A.J. (Marja) van der Tas;
  • mw. drs. L. (Liesbeth) van Tongeren.

Werkwijze Commissie mer
De Commissie mer werkt als onafhankelijke en deskundige commissie op het scherpst van de snede. Effectieve inzet van milieueffectrapportage vraagt om oog voor de politiek-bestuurlijke context waarin besluitvorming plaatsvindt. De onafhankelijke status wordt zorgvuldig bewaakt.

Voor elk adviestraject wordt een werkgroep samengesteld met daarin de benodigde expertise, waaronder wetenschappers, kennisinstituten en onderzoeks- en ingenieurs­bureaus. Deskundigen worden ingehuurd op persoonlijke titel en op basis van hun persoonlijke kennis. De onafhankelijke positie van de Commissie wordt streng bewaakt. Werkgroepleden mogen geen betrokkenheid hebben bij een initiatief, de besluitnemer of de initiatiefnemer.

Directeur internationaal
De Directeur internationaal is verantwoordelijk voor de dagelijkse aansturing van de werkorganisatie Commissie mer internationaal zodanig dat de organisatiedoelstellingen gerealiseerd en de continuïteit gegarandeerd worden.

De Directeur internationaal ontwikkelt een visie op de koers, zet een strategie uit inzake mer internationaal en voert hierover beleidsbesprekingen met Voorzitter internationaal en het bestuur.

De Directeur internationaal volgt, beïnvloedt en anticipeert op politieke besluit-/wet- en regelgeving en onderhoudt contacten, werkt nauw samen met politiek, (inter)nationale overheden, multilaterale organisaties en internationale financiële instellingen, kennisinstellingen en belangenorganisaties. Hierbij wordt een nauwe relatie onderhouden met het ministerie van Buitenlandse Zaken op het gebied van ontwikkelingssamenwerking.

De Directeur internationaal borgt huidige subsidies en weet nieuwe subsidies/fondsen te werven en verzorgt de verantwoording hieromtrent. Hij of zij identificeert nieuwe ontwikkelingen, geeft vorm aan nieuwe samenwerkingsverbanden en weet nieuwe opdrachten te verwerven.

De Directeur internationaal:

  • borgt de kwaliteit en consistentie van advisering en capaciteitsontwikkeling;
  • neemt deel aan het bestuursoverleg en het Voorzittersoverleg van de Commissie mer;
  • vervangt de Voorzitter internationaal bij gelegenheid;
  • draagt zorg voor een prettig en productief werkklimaat, geeft vorm aan onderscheidend werkgeverschap en uitvoering van een zorgvuldig personeelsbeleid;
  • draagt zorg voor en bewaakt de (gezonde) financiële positie van de organisatie;
  • bewaakt de kwaliteit en ontwikkeling van externe communicatie en treedt op als woordvoerder en promotor van het instrument mer;
  • verzorgt presentaties, gastcolleges en lezingen.

Gewenste competenties en ervaring:

  • academisch werk- en denkniveau;
  • ervaring met management van een werkorganisatie: financiën, HR, ICT/ facilitair en inkoop;
  • ervaring met leidinggeven aan kennisprofessionals;
  • praktijkervaring met de politieke en ambtelijke context van laag-midden- en (vooral) lage inkomenslanden, bij voorkeur dankzij langdurig verblijf in deze landen;
  • kennis van ontwikkelingsproblematiek, milieueffectrapportage en/ of internationaal duurzaamheids- en milieubeleid;
  • relevant netwerk voor het mer internationaal programma 2023 - 2032 (ambtelijk en politiek niveau bij het ministerie van Buitenlandse Zaken /DGIS en de Nederlandse overheid);
  • goed ontwikkeld gevoel voor politiek/bestuurlijke verhoudingen, belangen en culturen;
  • is inspirerend en ondernemend, ziet kansen, kan medewerkers op positieve wijze en doelgericht aansturen en uitdagen om tot een beter resultaat te komen;
  • beschikt over natuurlijk gezag zonder groot ego, is een goede netwerker en is gericht op het vergroten van impact en communicatiekracht van de organisatie;
  • houdt te allen tijde uitgangspunten en doelen van organisatie in ogenschouw en is besluitvaardig;
  • affiniteit met opereren op het grensvlak van wetenschap en (politieke) besluitvorming en bestuurlijk toezicht;
  • uitstekende beheersing (mondeling minimaal C2 niveau) van de Engelse taal.

De Commissie hecht waarde aan een diverse samenstelling en gender­verhouding binnen de mer organisatie.

Aanbod
Prachtige, dynamische en uitdagende baan voor 4 - 5 dagen per week, midden in de actualiteit van vandaag met een salaris tussen de € 7.247,- en € 10.260,- bruto per maand (bij een 40-urige werkweek, afhankelijk van kennis en ervaring), een premievrij pensioen en faciliteiten voor verdere persoonlijke ontwikkeling.

Procedure
Na een voorselectie vinden interviews plaats bij Holtrop Ravesloot. Deze worden gevoerd door Edith Zeevalk. Na presentatie van de meest geschikte kandidaten aan de selectie­commissie volgen selectiegesprekken met de Commissie mer op de volgende data:

1e gespreksronde: donderdag 13 juni 9.00 - 14.00 uur (Utrecht)

2e gespreksronde: dinsdag 18 juni 9.00 - 13.00 uur (Utrecht).

Contact
De Commissie mer laat zich in deze procedure bijstaan door Edith Zeevalk (partner) en Thom Ponsen (research consultant) van Holtrop Ravesloot. Belangstellenden kunnen hun interesse vóór 20 mei 2024 kenbaar maken door een korte motivatie (inclusief actueel cv) te sturen aan reacties@holtropravesloot.nl